Rudy Witse overleden

Vanochtend overleed de Antwerpse dichter Rudy Witse (°1944), pseudoniem van Willem Houbrechts.

Hoewel de naam van Rudy Witse bij het grote publiek wellicht niet meteen een belletje doet rinkelen, was hij van in de late jaren ‘50 erg actief in het Antwerpse literaire en artistieke bohemien milieu. Hij nam er deel aan happenings met dichters als Tony Rombouts en Frans Neels en met onder meer ook Panamarenko. Hij publiceerde in die periode ook in allerlei underground tijdschriften zoals Baal, Stuip, Nul, Artisjok, ….

Zijn poëziedebuut, Raming, verscheen bij uitgeverij Monas, opgericht door dat andere Antwerpse icoon, Henri-Floris Jespers, die vorig jaar overleed. Hij publiceerde ook nog bij uitgeverij Contramine, maar het grootste deel van zijn oeuvre verscheen in eigen beheer. Zijn bundels verschenen met grote tussenpozen. Zo zou het na zijn poëzie-debuut duren tot 1978 alvorens Cheap Chelsea in the lowlands (Meert) verscheen. Met tussenpozen verschenen daarna onder meer nog Faces, Childhood’s end, Chinoiserieën, Inferno, Afscheid … Zijn laatste bundel, die vorig jaar bij uitgeverij Contramine verscheen, hield in zijn titel al een soort afscheid in: En dan dit nog …

teveel begraafplaatsen
liep ik in . en uit. teveel
doden heb ik in verzen
begraven.niet herdacht

het moet maar eens gedaan zijn.
er moet maar eens de moed zijn om
de sprong te wagen. om te gaan kijken
hoe dat andere heelal
behangen en beschilderd is.

[…]

Uit het gedicht ‘Schoonselhof (exit)’ (Pandora, 2005)

Een interview met Rudy Witse vind je hier. En meer informatie ook nog hier.